Hotel-Restaurant ‘t Lansink is gevestigd in een voormalig theehuis uit 1916, met inmiddels 25 hotelkamers die van alle moderne gemakken zijn voorzien. Het culinaire niveau van het restaurant, voor zowel lunch als diner, komt tot uiting in de Michelinster die patron cuisinier Lars van Galen in 2014 in de wacht sleepte (knap) en sindsdien heeft behouden (nog knapper). Verder telt het hotel vijf zalen voor bijzondere bijeenkomsten en ook is ’t Lansink officieel erkend als Huis der Gemeente, waardoor bruidsparen elkaar er het ja-woord kunnen geven.
Het gebouw is even markant als de wijk waarin het staat: tuindorp ’t Lansink. In alle details is de hand te herkennen van de Amsterdamse architect Karel Muller. Door de opvallende bouwstijl, geïnspireerd op Engelse voorbeelden, is het pand een rijksmonument. Bijzonder daarbij is het nog gave exterieur, alsook het markante torentje van drie bouwlagen onder een steil tentdak met leien. In de oostgevel van de toren is de hotelingang te vinden, geplaatst onder een lessenaardakje, ook alweer van leien voorzien. De zuidwestelijke kant van het hotel wordt benadrukt door een terugwijkend bouwvolume, met daarvoor een verhoogd terras. Wat een fraaie plek oplevert om bij aangenaam weer te genieten van koffie, lunch, thee, borrel of diner. Dat geldt evenzeer voor de lommerrijke tuin.
Zonder machinefabriek Stork geen tuindorp ’t Lansink. En zonder dit tuindorp geen Hotel ’t Lansink. Begin 20e eeuw wordt machinefabriek Stork geleid door Coenraad Stork, net als zijn vader en bedrijfsoprichter zowel een bevlogen grootindustrieel als een sociaal man. Voor zijn werknemers laat Coenraad in Hengelo onder meer een woonwijk van hoge kwaliteit bouwen, Het Tuindorp genaamd. Doel van de fabrikant is met ‘den aanleg eener kolonie van goede woningen voor arbeiders en beambten eene prettige, frissche omgeving te scheppen’. Het grootste deel van Tuindorp 't Lansink is inmiddels een van rijkswege beschermd dorpsgezicht.
Stork geeft in 1916 opdracht midden in het tuindorp een theehuis neer te zetten als het sociale middelpunt van de wijk. In 1921 krijgt het gebouw een extra verdieping erbij om ook als hotel dienst te kunnen doen, onder meer voor de buitenlandse gasten van Stork. De naam ’t Lansink – die zowel voor het tuindorp als voor het hotel wordt gebruikt – verwijst naar de boerderij die in het gebied stond voordat de aanleg begint. Sinds 1916 is er slechts een handvol hoteliers geweest die voor de exploitatie van het hotel verantwoordelijk waren, tot Lars van Galen in 2014 het roer overneemt.
Het ontdekken van Hengelo – stad met een dorps karakter – begint natuurlijk met een wandeling door Tuindorp ’t Lansink. Er is een mooie route uitgezet langs hoogtepunten, waaronder Museum Hengelo, het Hofje Lansinkweg, het Tuindorpbad, de Watertoren annex Brandweerkazerne en natuurlijk het woonhuis van Coenraad Stork zelf, die ook in ‘zijn’ tuindorp woonde.
Hengelo is veel, maar ook nog steeds de ‘metaalstad’, gevolg van de vele bedrijven in de metaalindustrie die zich hier in het verleden vestigden. Daartoe behoorde Stork, maar ook ondernemingen als Hazemeyer, Heemaf, Dikker en Hollandse Signaalapparaten. Dat techniekverleden desemt nog door in bijvoorbeeld Museum Electro-Radio-Nostalgie (met een verzameling van 100 jaar technische ontwikkeling van de radio) en Twents Techniekmuseum HEIM (techniek in verleden, heden en toekomst).
Zo'n 700 meter ten zuiden van Hotel-Restaurant ’t Lansink stroomt het Twentekanaal, in 1930 aangelegd tussen Zutphen en Enschede. Het is geen slecht idee om hier naartoe te gaan, langs de ene kant van het kanaal te wandelen of fietsen totdat het genoeg is en dan weer aan de andere kant terug te keren naar het punt van vertrek.
Vanuit Hengelo kun je nog meer kanten op. Naar het zuiden, naar Haaksbergen bijvoorbeeld, een plaats waar landgoederen, zandverstuivingen en veengebieden elkaar afwisselen, met allerlei wandel- en fietsroutes langs kleine buurtschappen en eeuwenoude boerderijen. In het westen ligt Delden, een eeuwenoud stadje met illustere stadspoorten, oude kerken, middeleeuwse verdedigingswallen en smalle straatjes. Er is een route Kunststappen voor de broodnodige dosis cultuur en er zijn speciale wandelingen langs alle hoogtepunten van de stad en landgoed Twickel.
Wie groen zoekt, kan naar het noorden, naar de dorpjes Borne, Hertme en Zenderen in een natuurgebied met bossen, beken en landgoederen. Fietsers, wandelaars en roeiers kunnen hier hun hart voluit ophalen. Tot slot het oosten, waar de grote broer Enschede ligt – maar nog belangrijker een groen gebied tussen deze stad en Oldenzaal met bijvoorbeeld het Sterrenbos tussen de waterlopen van de Elsbeek.
Bronnen: Hotel-Restaurant 't Lansink | lekker.nl, hengelo.nl, rijksmonumenten.nl, tuindorplansink.nl, uitinhengelo.nl, vehof.nl, visittwente.nl, Wikipedia
Pictogram: bos Maxicons (iconfinder.com)
In de stad, maar wel in een Twents tuindorp in de stad
Hotel-Restaurant 't Lansink
C.T. Storkstraat 18
7553 AR Hengelo
(074) 291 00 66
info@hotellansink.nl
https://www.hotellansink.nl
Maandag-zaterdag vanaf 18.00 uur
Lunch voor groepen op afspraak mogelijk
1916
Lars van Galen (2014)
C.T. Storkstraat 18, 7553 AR Hengelo, NL